Herdenkingsplek
Het bestuur heeft besloten op de website plaats in te ruimen voor het herdenken van mensen uit de bibliotheekwereld van wie de degene die een in memoriam (IM) instuurt vindt dat onze leden daarvan kennis willen nemen.
Het hoeft dus niet uitsluitend te gaan om iemand die lid was van de Vereniging SLBO en ook kunnen we als bestuur niet elk overlijden vermelden. We laten het in principe dus over aan degenen die een In Memoriam insturen.
.
20170807 In Memoriam Piet Groenewegen
/in IM /door Aart BlomLangs een grote omweg en met vertraging kreeg onze vereniging bericht dat Piet Groenewegen op 27 november 2016 op 93-jarige leeftijd is overleden. Sedert 1988, het jaar waarin hij recht kreeg op AOW -Piet Groenewegen was geboren op 24 september 1923-, trad hij in dienst bij de NBD als “oproepportier”. Er waren twee portiers in vaste dienst, van wie de ene ´s morgens vóór de eerste werknemers binnenkwamen aan zijn taak begon en de andere aan het einde van de dag als laatste het pand in Leidschendam afsloot. Uiteraard waren die portiers weleens verhinderd of namen ze vakantiedagen op. Piet Groenewegen, een aangetrouwde neef van onze vaste portier Dries de Groot, verving hen dan.
Hoewel hij dus niet met regelmaat aanwezig was kende iedereen Piet en Piet kende iedereen. Zoals het portiers betaamt hield hij van een praatje en mocht hij graag vertellen over zijn verleden in het beurtvaart- en transportbedrijf dat hij samen met zijn broer bestierde. Heen- en weervaren tussen Leiden en Amsterdam had zijn leven beheerst. Toen de SLBO in 2008 werd opgericht toonde hij onmiddellijk belangstelling en wilde hij graag lid worden en geïnformeerd blijven over alle activiteiten. Zijn leeftijd maakte het hem toen echter al niet meer mogelijk om naar onze bijeenkomsten komen.
In Piet Groenewegen verliest onze vereniging een belangstellend lid. Iemand die graag tot het laatst toe op de hoogte wilde blijven van de gang van zaken bij NBD, respectievelijk NBD Biblion en bij de collega´s die hij er in zijn werkzame periode gekend had. Deze zullen zich hem herinneren als iemand, die met plezier en inzet zijn taken vervulde en deel uitmaakte van het groter geheel.
A. Blom
20160712 Het laatste woord: Steef Stalenhoef overleden
/in IM /door Wolter van der ZwaanOp 3 juli bedankte Steef Stalenhoef in zijn blog iedereen die de laatste jaren aandacht aan hem geschonken had. Het was zijn laatste blog en hij wist dat. Een paar dagen later is hij overleden aan de gevolgen van de spierziekte ALS. Ruim vijf jaar geleden werd de ziekte bij hem vastgesteld. Aan die ziekte is niet veel te doen. De mogelijkheden van het lichaam worden langzaam maar onherroepelijk kleiner. In de artikelen van zijn blog kunnen we die krimpende mogelijkheden in Steefs leven nalezen. Aan het eind voelde hij zich een gevangene in zijn eigen lichaam. Communicatie, juist een van Steefs sterkste punten, werd vrijwel onmogelijk, zeker toen het spreken niet meer ging. Uit de blogs spreekt echter nog iets anders. Steef was van nature een optimist. Ook in de situaties waarin het steeds minder ging kwam dat aangeboren optimisme naar voren. Het is te verwoorden als kijk wat er nog wel gaat en maak daar het beste van.
De optimistische instelling was een van de redenen waardoor het tussen Steef en mij altijd zo goed ging in de tien jaren waarin wij bij NBLC en NBD hebben samengewerkt. Wij dachten en handelden vaak in de zelfde richting. In de eerste plaats waren wij beiden geen bibliothecaris: wij kwamen uit het bedrijfsleven. Maar misschien waren bepaalde overeenkomsten in ons verleden nog belangrijker. Hij was vier jaar ouder dan ik, maar wij hadden onze jeugd in dezelfde buurt in Amsterdam beleefd. Als kind zong hij in het kerkkoor van dezelfde kerk als waar ik een paar keer met het jongenskoor van de muziekschool van het conservatorium gezongen heb in de Mattheus- en Johannes Passion. Later woonde hij op de Ceintuurbaan vlak bij de plaats waar ik als klaar-over medescholieren hielp om de straat over te steken op weg naar school. En nog later werkte hij bij een bedrijf in dezelfde straat als waar mijn vriendin woonde.
Steef kwam in 1980 bij het NBLC als adviseur microvormen. Al een paar maanden later werd hij benoemd tot hoofd van de dienst Audiovisuele media en daardoor mijn hoofd van dienst. Samen hebben we o.a. de CD bij de bibliotheken geïntroduceerd. Steef had wel een probleem: hij vond het schrijven van rapporten e.d. moeilijk. Ik ben dan ook meerdere keren in stilte actief geweest als zijn ghostwriter. Hij was daar dankbaar voor, maar het ergerde hem ook dat hij zoveel moeite had met het schriftelijk verwoorden van wat hij dacht en voelde. Later is hij daarom cursussen gaan volgen in creatief schrijven. Uit de boeiende stukken op zijn blog blijkt dat die lessen heel succesvol zijn geweest.
Na zo’n vijf jaar deed Steef iets ongehoords. Hij deed iets dat volgens mij niemand anders ooit heeft gedaan. Hij ging weg bij het NBLC en werd hoofd van de afdeling Beeld en Geluid van de NBD. In die jaren waren NBLC en NBD wel twee samenwerkende en op elkaar aangewezen bedrijven, maar het waren nadrukkelijk ook twee aparte bedrijven. Voor de samenwerking van Steef en mij maakte het niet veel uit. De introductie van de CD vond nu ook door de NBD plaats en dat betekende in de praktijk dat er een op de basiscatalogus van het NBLC gebaseerde startcollectie bij de NBD in de AVM-ruimte stond opgesteld. Bibliotheken die wilden starten met de CD of die hun collectie wilden aanvullen meldden zich meestal op woensdag in Leidschendam waar ze werden voorgelicht door Steef en mij samen. Het waren jaren van groei en enthousiasme. In 1990 vertrok Steef nogal plotseling bij de NBD. Hij was door het Japanse bedrijf waar hij werkte voordat hij bij het NBLC kwam,Fuji, gevraagd om een hun nieuwe verkoopkantoor in Nederland te leiden.
In de daarop volgende decennia kwamen Steef en ik elkaar zo nu en dan tegen. Meestal was dat bij een jubileum of afscheid en soms op een beurs. Het opvallende was dan dat ons gesprek gewoon doorging waar het een paar jaar tevoren was afgebroken. De laatste keer dat dat gebeurde was op 6 oktober 2010 in Leidschendam. Om het 40-jarig bestaan van de NBD naar voren te brengen had de SLBO een paar sprekers uitgenodigd om iets te vertellen over hun (vroege) ervaringen bij en met de NBD. Zowel Steef als ik behoorden tot de sprekers, evenals Maartje Haasbeek. Dat we elkaar na het officiële gedeelte weer van alles moesten vertellen spreekt vanzelf. We hadden er geen vermoeden van dat het ons laatste gesprek zou zijn. Korte tijd later werd bij Steef zijn ziekte vastgesteld.
Voorheen had ik vaak de neiging om aan het eind van een discussie of gesprek nog iets toe te voegen, het laatste woord. Dat werd mij niet altijd in dank afgenomen. Zo opent Steefs laatste blog. Het is een blog die hij niet meer kon uitspreken. Toch hoor ik zijn stem in mijn hoofd wanneer ik de tekst lees. Ook nu had hij het laatste woord. Het allerlaatste.
Wolter van der Zwaan.
SLBO / 12 juli 2016
20160709 Maartje Haasbeek overleden op 9 juli 2016
/in IM /door Aart BlomAls je van iemand dacht dat zij nog jarenlang in ons midden zou zijn, blijmoedig, positief en praktisch eeuwigdurend de strijd tegen ziekte en ongemak voortzettend, dan was het Maartje Haasbeek wel. Wanneer je haar belde ging het altijd stukken beter dan eerst, zouden er nieuwe behandelingen komen, die ongetwijfeld verbetering gingen brengen en moesten we nodig weer eens bijpraten.
Bij de oprichting van de NBD in 1970 was de Bibliotheekboekhandel Haasbeek al sinds jaar en dag een belangrijke speler op het terrein van ¨gereedgemaakte¨ boeken voor openbare bibliotheken. De eerste twintig jaar bleef dat zo. De NBD kreeg langzamerhand de meeste OB-en in Nederland als klant voor het nieuwe boekenaanbod maar Haasbeek was sterk in het leveren van reeds eerder aangeboden titels, die de NBD in die tijd niet na-leverde. Bovendien was toen de heersende leer, dat een bibliotheek eigenlijk pas een titel in de collectie mocht opnemen als er een aanschafbeoordeling was verschenen en de titel op de juiste wijze was beschreven. Gaandeweg veranderde die opvatting. Bibliotheken vroegen na-levering van reeds eerder aangeboden titels en het werd (heel voorzichtig) mogelijk veelgevraagde nieuwe titels al te leveren vóórdat de doordachte en verantwoorde titelbeschrijving en beoordeling helemaal af was. Ook was de NBD in de positie te investeren in automatisering. Voor een kleiner bedrijf als Bibliotheekboekhandel Haasbeek was dit veel lastiger. De verlangens van de bibliotheken daarentegen werden op dit gebied steeds omvangrijker.
Om een lang verhaal kort te maken, in 1989 nam de Stichting NBD de Bibliotheekboekhandel Haasbeek over. Een ingewikkelde overgangsperiode volgde waarin zowel de automatiserings-systemen van beide bedrijven gelijkgetrokken moesten worden als de cultuurverschillen zo goed mogelijk gladgestreken. De NBD probeerde voor zoveel mogelijk werknemers uit Alphen een plek te vinden in Leidschendam, maar het was onvermijdelijk dat er ook ontslagen moesten worden aangevraagd. En dat is een akelig proces.
Maartje werd het grote voorbeeld van voortreffelijk geslaagde integratie! Het zal voor haar zeker niet meegevallen zijn om een eigen bedrijf met hechte onderlinge binding op te geven en zich aan te passen in een veel groter en ook wel formeler en dwingender geheel. Met verbazing en bewondering heb ik toegekeken, hoe haar dat gelukt is. Hoe Maartje een belangrijke en onmisbare eigen positie veroverde in een heel anders gestructureerd bedrijf. Van de Bibliotheekboekhandel Haasbeek in het algemeen en van Maartje in het bijzonder leerden wij bij de NBD hoe je de omgang met de klanten toch een persoonlijk cachet kunt proberen te geven al gaat de communicatie in hoofdzaak via dozen, facturen en de giro. Maartje ging volop deel uitmaken van het sociale leven bij de NBD en hield ook na haar uittreding (als ik mij goed herinner wat nà haar 65ste verjaardag! ) allerlei contacten aan.
Omdat ze naar eigen zeggen al op vierjarige leeftijd aan het werk werd gezet in de boekhandel van haar ouders, hebben wij op een zelden voorkomend moment reeds haar 50-jarig jubileum in het boekenvak kunnen vieren. Het spijt mij enorm dat we nu allemaal haar negentig of honderdjarig jubileum zullen missen. Voor haar kinderen en kleinkinderen is het verlies echter des te groter, omdat er uit hun dagelijkse omgeving een heel bijzondere persoonlijkheid is verdwenen.
Aart Blom