20160712 Het laatste woord: Steef Stalenhoef overleden
Op 3 juli bedankte Steef Stalenhoef in zijn blog iedereen die de laatste jaren aandacht aan hem geschonken had. Het was zijn laatste blog en hij wist dat. Een paar dagen later is hij overleden aan de gevolgen van de spierziekte ALS. Ruim vijf jaar geleden werd de ziekte bij hem vastgesteld. Aan die ziekte is niet veel te doen. De mogelijkheden van het lichaam worden langzaam maar onherroepelijk kleiner. In de artikelen van zijn blog kunnen we die krimpende mogelijkheden in Steefs leven nalezen. Aan het eind voelde hij zich een gevangene in zijn eigen lichaam. Communicatie, juist een van Steefs sterkste punten, werd vrijwel onmogelijk, zeker toen het spreken niet meer ging. Uit de blogs spreekt echter nog iets anders. Steef was van nature een optimist. Ook in de situaties waarin het steeds minder ging kwam dat aangeboren optimisme naar voren. Het is te verwoorden als kijk wat er nog wel gaat en maak daar het beste van.
De optimistische instelling was een van de redenen waardoor het tussen Steef en mij altijd zo goed ging in de tien jaren waarin wij bij NBLC en NBD hebben samengewerkt. Wij dachten en handelden vaak in de zelfde richting. In de eerste plaats waren wij beiden geen bibliothecaris: wij kwamen uit het bedrijfsleven. Maar misschien waren bepaalde overeenkomsten in ons verleden nog belangrijker. Hij was vier jaar ouder dan ik, maar wij hadden onze jeugd in dezelfde buurt in Amsterdam beleefd. Als kind zong hij in het kerkkoor van dezelfde kerk als waar ik een paar keer met het jongenskoor van de muziekschool van het conservatorium gezongen heb in de Mattheus- en Johannes Passion. Later woonde hij op de Ceintuurbaan vlak bij de plaats waar ik als klaar-over medescholieren hielp om de straat over te steken op weg naar school. En nog later werkte hij bij een bedrijf in dezelfde straat als waar mijn vriendin woonde.
Steef kwam in 1980 bij het NBLC als adviseur microvormen. Al een paar maanden later werd hij benoemd tot hoofd van de dienst Audiovisuele media en daardoor mijn hoofd van dienst. Samen hebben we o.a. de CD bij de bibliotheken geïntroduceerd. Steef had wel een probleem: hij vond het schrijven van rapporten e.d. moeilijk. Ik ben dan ook meerdere keren in stilte actief geweest als zijn ghostwriter. Hij was daar dankbaar voor, maar het ergerde hem ook dat hij zoveel moeite had met het schriftelijk verwoorden van wat hij dacht en voelde. Later is hij daarom cursussen gaan volgen in creatief schrijven. Uit de boeiende stukken op zijn blog blijkt dat die lessen heel succesvol zijn geweest.
Na zo’n vijf jaar deed Steef iets ongehoords. Hij deed iets dat volgens mij niemand anders ooit heeft gedaan. Hij ging weg bij het NBLC en werd hoofd van de afdeling Beeld en Geluid van de NBD. In die jaren waren NBLC en NBD wel twee samenwerkende en op elkaar aangewezen bedrijven, maar het waren nadrukkelijk ook twee aparte bedrijven. Voor de samenwerking van Steef en mij maakte het niet veel uit. De introductie van de CD vond nu ook door de NBD plaats en dat betekende in de praktijk dat er een op de basiscatalogus van het NBLC gebaseerde startcollectie bij de NBD in de AVM-ruimte stond opgesteld. Bibliotheken die wilden starten met de CD of die hun collectie wilden aanvullen meldden zich meestal op woensdag in Leidschendam waar ze werden voorgelicht door Steef en mij samen. Het waren jaren van groei en enthousiasme. In 1990 vertrok Steef nogal plotseling bij de NBD. Hij was door het Japanse bedrijf waar hij werkte voordat hij bij het NBLC kwam,Fuji, gevraagd om een hun nieuwe verkoopkantoor in Nederland te leiden.
In de daarop volgende decennia kwamen Steef en ik elkaar zo nu en dan tegen. Meestal was dat bij een jubileum of afscheid en soms op een beurs. Het opvallende was dan dat ons gesprek gewoon doorging waar het een paar jaar tevoren was afgebroken. De laatste keer dat dat gebeurde was op 6 oktober 2010 in Leidschendam. Om het 40-jarig bestaan van de NBD naar voren te brengen had de SLBO een paar sprekers uitgenodigd om iets te vertellen over hun (vroege) ervaringen bij en met de NBD. Zowel Steef als ik behoorden tot de sprekers, evenals Maartje Haasbeek. Dat we elkaar na het officiële gedeelte weer van alles moesten vertellen spreekt vanzelf. We hadden er geen vermoeden van dat het ons laatste gesprek zou zijn. Korte tijd later werd bij Steef zijn ziekte vastgesteld.
Voorheen had ik vaak de neiging om aan het eind van een discussie of gesprek nog iets toe te voegen, het laatste woord. Dat werd mij niet altijd in dank afgenomen. Zo opent Steefs laatste blog. Het is een blog die hij niet meer kon uitspreken. Toch hoor ik zijn stem in mijn hoofd wanneer ik de tekst lees. Ook nu had hij het laatste woord. Het allerlaatste.
Wolter van der Zwaan.
SLBO / 12 juli 2016